A-  |  A+  |  Homepage  |  Favorieten
Ga terug naar de hoofdpagina van HomeFinance
PENSIOEN
Alle onderwerpen
Ga naar de homepage – voor hypotheek, financieel advies en verzekeringen  
Ouderdomspensioen voor de werknemer
Onder ouderdomspensioen verstaan wij de uitkering die u ontvangt vanaf het moment dat u de pensioensgerechtigde leeftijd bereikt. Voor Nederlandse werknemers geldt hierbij veelal dat er pensioeninkomen ontvangen wordt uit 3 bronnen:
  • het overheidsdeel (AOW);
  • het werkgeversdeel;
  • eventuele aanvullende voorzieningen in de privé-sfeer
Vanwege deze 3-deling wordt het Nederlandse pensioenstelsel vaak aangeduid met het 3 pijler-model. Bij het ouderdomspensioen, wordt er meestal naar gestreefd om er na pensionering in besteedbaar inkomen niet op achteruit te gaan. Aangezien gepensioneerden minder sociale premies af moeten dragen, houdt dit in dat het bruto inkomen na pensionering ongeveer uit moet komen op 70% van het inkomen voor pensionering. Op het moment dat uw totale pensioeninkomen lager uitkomt dan deze 70%, dan heeft u een pensioengat of pensioentekort.

Hieronder zullen wij de 3 pijlers uitgebreid behandelen. Daarna gaan we in op het pensioengat (pensioentekort) en de eventuele manieren om dit pensioengat te vullen.
Overheidsdeel
In Nederland kennen we pensioenvoorzieningen die voor de gehele bevolking gelden. Dankzij deze voorzieningen is iedereen die in Nederland woont, verzekerd van pensioen. Het ouderdomspensioen wordt geregeld in de Algemene Ouderdomswet, beter bekend als de AOW.

Werkgeversdeel
Alhoewel werkgevers hiertoe volgens de wet niet verplicht zijn, bieden de meeste Nederlandse werkgevers hun personeel een pensioenvoorziening aan. Hierbij kan de werkgever niet "zomaar iets" aanbieden. Op het moment dat de werkgever zijn personeel een pensioen aanbiedt, dient de regeling te voldoen aan de eisen van de Pensioenwet (PW).

Vaak geldt dat je als werknemer verplicht bent deel te nemen aan de aangeboden regeling. Hierbij geldt dat er zeer grote verschillen kunnen zijn tussen de aangeboden voorzieningen. De werkgever is verplicht om nieuwe werkgevers heel duidelijk te informeren over de geboden pensioenregeling. In de nieuwe Pensioenwet wordt hierbij gesproken van de pensioenvorm. Hierbij bestaan 3 pensioenvormen:
  • uitkeringsovereenkomst
    U krijgt als werknemer op de pensioendatum een bepaalde uitkering.
  • kapitaalovereenkomst
    U krijgt als werknemer op de pensioendatum een bepaald kapitaal waarmee u bij een pensioenuitvoerder een pensioen moet aankopen. Dit kapitaal staat vast. De uitkering hangt af van de dan geldende mogelijkheden.
  • premieovereenkomst
    Er wordt jaarlijks een premie gestort in uw pensioenvoorziening. Op de pensioendatum moet u met het dan beschikbare kapitaal bij een pensioenuitvoerder een pensioen aankopen. De pensioenuitkering hangt hierbij af van het opgebouwde kapitaal EN de op de pensioendatum geldende mogelijkheden.
Voor de nieuwe Pensioenwet spraken we van pensioensystemen. Die zijn nog steeds relevant (basis is nog steeds actueel). Hieronder staan de verschillende pensioensystemen op een rij. Als u op de links (onderstreepte woorden) klikt, krijgt u over dat onderdeel een uitgebreide uitleg.
  • eindloonregeling
    Bij de eindloonregeling wordt de hoogte van het ouderdomspensioen gebaseerd op het salaris dat u verdient bij pensionering.
  • middelloonregeling
    Bij de middelloonregeling wordt de hoogte van het ouderdomspensioen gebaseerd op het gewogen gemiddelde van alle salarisbedragen gedurende de periode dat u deelneemt aan de pensioenregeling.
  • gematigd_eindloonstelsel
    Dit is een combinatie van een middelloon- en eindloonregeling. Hierbij geldt dat tot een bepaalde leeftijd de eindloonregeling aangehouden wordt. Na die leeftijd geldt de middelloonregeling
  • beschikbarepremieregeling
    Bij de beschikbare premieregeling wordt door de werkgever per jaar een vooraf bepaalde bijdrage beschikbaar gesteld ten behoeve van de pensioenopbouw.
Aanvullende voorzieningen in de privé-sfeer
In de meeste situaties geldt dat het overheidsdeel en het werkgeverdeel samen niet tot een uitkering van 70% van het laatstverdiende salaris leidt. Op het moment dat er inderdaad sprake is van een pensioenstekort, is het mogelijk om dit pensioenstekort te repareren door zelf aanvullende voorzieningen op te bouwen. Hierbij kunt u denken aan de volgende mogelijkheden:
  • een lijfrente
    Hierbij stort u jaarlijks of ineens een bedrag in een lijfrente verzekering of een bancaire lijfrente waarmee op pensioendatum een uitkerende lijfrente aangekocht wordt. Deze lijfrente keert periodiek een vergoeding uit die u kunt gebruiken als aanvullend pensioen. Aangezien de nederlandse overheid er naar streeft dat nederlandse ingezetenen een goed pensioen hebben, biedt de overheid fiscale voordelen bij het repareren van dit pensioentekort. De premies die u stort bij het opbouwen van de lijfrente zijn namelijk fiscaal aftrekbaar (zolang er een pensioentekort is). Er wordt pas belasting geheven over de uit de lijfrente afkomstigde periodieke bedragen. Aangezien voor veel mensen na pensionering een lager belastingtarief geldt, levert dit in veel situaties (niet alle!) een fiscaal voordeel op.
    Informatie over de mogelijkheden bij een uitkerende lijfrente
    Vergelijken van de actuele rentes voor pensioensparen

  • sparen en/of beleggen
    Op het moment dat u tijdens uw werkzame leven eigen vermogen opbouwt, kunt u tijdens uw pensionering interen op dit vermogen. Hierbij kunt u denken aan spaartegoeden, beleggingen maar ook aan (overwaarde in) een eigen woning.