Een foutje is zo gemaakt. In dit geval is het een duur foutje van 156.000 euro geworden voor de hypotheekadviseur. De uitspraak van het Kifid kun je hier teruglezen: https://www.kifid.nl/wp-content/uploads/2023/12/Uitspraak-2023-0898.pdf.
Adviseur vergeet belang ORV te benadrukken
Zijn klant had hem benaderd om de mogelijkheden te bekijken voor het kopen van een andere woning. De klant was een jaar voor het gesprek getrouwd. Een jaar na het gesprek overleed de partner van de klant. De klant stelt de schade ten minste op de hypotheekschuld van 158.000 euro te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment van overlijden van de partner van de klant. De adviseur heeft verweer gegeven
Allereerst blijkt uit het in 2016 opgemaakte adviesrapport dat de mogelijkheid van het sluiten van een overlijdensrisicoverzekering met de partner van de consument is besproken, maar dat hij daar op dat moment vanaf heeft gezien. De consument en haar partner hebben de adviseur in 2019 niet op de hoogte gebracht van het huwelijk en/of de wens van een toekomstige gezinsuitbreiding. Het contact in 2020 was op initiatief van de consument en haar partner. Zij wilden een oriënterend gesprek over de financiële mogelijkheden om een andere woning te kopen. Ten tijde van het bezoek in juni 2020 was de partner van de consument ongeneeslijk ziek en had hij niet lang meer te leven. In dat licht bezien was het toen al niet meer mogelijk om op zijn leven een overlijdensrisicoverzekering af te sluiten. Daarbij maakt de adviseur de aantekening dat de consument de lasten van de hypotheek ook alleen kon dragen.
Nieuw adviesrapport ontbreekt
Het bovenstaande was niet voldoende voor de adviseur om zijn gelijk te krijgen. De adviseur had geen nieuw adviesrapport opgemaakt waardoor zijn verweer niet onderbouwd kon worden. De adviseur had dus de nieuwe situatie (klant is getrouwd) in kaart moeten brengen. Dit kost tijd en zal door veel adviseurs niet gratis worden gedaan. Vanuit de nieuwe situatie had dan in het derde gesprek besproken kunnen worden wat de risico’s zijn en of deze ingedekt moeten / kunnen worden. Het gevolg is nu dat de adviseur aansprakelijk is voor een bedrag van 156.000 euro. Opvallend is wel dat de uitspraak niet bindend is.
Dit soort situaties zijn niet gemakkelijk voor adviseurs. Een adviseur moet werk gaan verrichten en eigenlijk wil een klant daarvoor niet betalen. De klant wil alleen weten wat de mogelijkheden zijn om te verhuizen.
Mijn klanten krijgen in dit soort situaties de opdracht om de volgende stukken aan te leveren:
- Kopie loonstrook
- Werkgeversverklaring
- Pensioengegevens
- Lopende hypotheek
- Lopende risicoverzekeringen / woonlastenverzekeringen
- Waarde woning en eigen middelen
- Globaal bedrag nieuw te kopen woning
Na ontvangst van deze uitgebreide stukken verwerk ik deze naar de nieuwe situatie toe. Deze situatie bespreek ik met de klant. De kosten voor de uitwerking en het gesprek zijn gratis. Ik reken dus geen euro voor dit werk. Ik weet namelijk uit ervaring dat 7 op de 10 klanten toch gaan verhuizen en dan weer bij mij terugkomen. Het voorgesprek is dan al grotendeels gedaan waardoor je achteraf weer minder werk hebt. Ik hoef vaak alleen maar de getallen aan te passen in het overzicht. Het voordeel van deze werkwijze is dat mijn klanten een goede beslissing kunnen nemen. Gaan zij verhuizen of niet?
