Dit zijn de belastingschijven in 2023: In 2023 is het gecombineerd tarief in IB schijf 1 36,93% (momenteel 36,97% in 2024). Het tarief in IB schijf 2 van de loon- en inkomstenbelasting is in 2023 49,50%, hetzelfde als in 2024.
Wat zijn de belastingschijven 2023 voor box 1?
Hieronder de belastingschijven 2023 voor box 1 tot AOW leeftijd:
Schijf | Belastbaar inkomen | Tarief |
---|---|---|
IB Schijf 1 | tot € 73.031 | 36,93 % |
IB Schijf 2 | vanaf € 73.031 | 49,50 % |
Wat zijn de belastingschijven 2023 voor box 1 AOW Leeftijd en geboren na 1 januari 1946?
Hieronder de belastingschijven 2023 voor box 1 voor AOW leeftijd en geboren na 1 januari 1946:
Schijf | Belastbaar inkomen | Tarief |
---|---|---|
IB Schijf 1 | tot € 37.149 | 19,03 % |
IB Schijf 2 | vanaf € 37.149 tot € 73.031 | 36,93 % |
IB Schijf 3 | vanaf € 73.031 | 49,50 % |
Wat zijn de belastingschijven 2023 voor box 1 AOW Leeftijd en geboren voor 1 januari 1946?
Hieronder de belastingschijven 2023 voor box 1 voor AOW leeftijd en geboren voor 1 januari 1946:
Schijf | Belastbaar inkomen | Tarief |
---|---|---|
IB Schijf 1 | tot € 38.703 | 19,03 % |
IB Schijf 2 | vanaf € 38.703 tot € 73.031 | 36,93 % |
IB Schijf 3 | vanaf € 73.031 | 49,50 % |
Deze tarieven zijn o.a. van belang bij het berekenen van de netto maandlasten van een hypotheek.
In box 1 wordt uw inkomen uit werk en woning belast. In 2023 zijn er in de basis nog maar 2 belastingschijven over (in het verleden 4).
Eigenwoningforfait 2023
In onderstaande tabel ziet u de tarieven (staffel) die gelden voor het eigenwoningforfait voor het jaar 2023.
WOZ-waarde vanaf | WOZ-waarde max | forfaitpercentage |
---|---|---|
– | € 12.500 | nihil |
€ 12.501 | € 25.000 | 0,15 % |
€ 25.001 | € 50.000 | 0,25 % |
€ 50.001 | € 75.000 | 0,35 % |
€ 75.001 | € 1.200.000 | 0,35 % |
v.a. € 1.200.001 | n.v.t. | € 4.200 vermeerderd met 2,35 % voor het bedrag boven de € 1.200.000 |
Meer over de belastingen in box 1
Wat zijn de belastingschijven 2023 voor box 2?
In box 2 wordt het inkomen uit aanmerkelijk belang belast. In 2023 geldt – net als in de voorgaande jaren – in box 2 een belastingtarief van 26,90% over het inkomen uit aanmerkelijk belang.
Meer over de belastingen in box 2
Wat zijn de belastingschijven 2023 voor box 3?
In box 3 worden uw (fictieve) inkomsten uit sparen en beleggen belast. De belasting die in box 3 geheven wordt noemen we vermogensrendementsheffing. Uw inkomsten uit vermogen worden berekend met een forfaitair rendement. Het werkelijke rendement dat u behaalt is voor de fiscus niet relevant. Dit forfaitaire rendement was voorheen één vast percentage van 4%, per 2017 is het afhankelijk van de hoogte van uw totale vermogen.
Over het berekende rendement wordt een vast belastingpercentage van 32% berekend (in 2022 was dat 31% en daarvoor 30%).
Hoe de belastingheffing in box 3 in 2023 exact eruit zal komen te zien, is ons nog niet duidelijk. Dit heeft te maken met het feit dat er sprake is van een overgang van de oude belastingheffing op basis van fictieve rendementen naar een nieuwe box 3 systematiek op basis van werkelijke rendementen. Zodra dit duidelijk is, zullen we dat hier verwerken.
Wat al wel bekend is, is dat het heffingsvrije vermogen stijgt van 50.650 (2022) naar 57.000 (2023).
Meer over de belastingen in box 3
Erfbelasting en schenkbelasting
Hieronder ziet u een overzicht van de tarieven en vrijstellingen voor het jaar 2023.
De hoogte van de belastingtarieven en de mogelijke vrijstellingen, zijn afhankelijk van de band die bestaat tussen de ontvanger en de overledene (bij schenkbelasting schenker). Hierbij geldt de volgende groepsindeling:
- Groep 1: partners en kinderen
- Groep 1A: kleinkinderen
- Groep 2: andere verkrijgers
Belaste verkrijging over 2023 | Groep 1 | Groep 1A | Groep 2 |
---|---|---|---|
0 – 138.641 | 10% | 18% | 30% |
138.642 en hoger | 20% | 36% | 40% |
Het tarief is een zogenaamd schijventarief. Dat wil zeggen dat iemand in Groep 1 over de eerste € 138.641,- 10% belasting moet betalen. Indien meer wordt verkregen, moet over het meerdere 20% erfbelasting worden betaald.
Bij de erfbelasting gelden in 2023 de volgende vrijstellingen:
Verkrijger | Vrijgesteld bedrag (2023) |
---|---|
Echtgenoot / geregistreerd partner | 723.526 |
Kinderen en kleinkinderen | 22.918 |
Zieke en gehandicapte kinderen | 68.740 |
Ouders | 54.270 |
Kerkelijke, levensbeschouwelijke, charitatieve, culturele, wetenschappelijke of het algemeen nut beogende instellingen | Vrijgesteld |
Andere verkrijgers | 2.418 |
De belastingtarieven die geheven worden over schenkingen zijn exact gelijk aan successietarieven. Er gelden echter andere vrijstellingen.
Wij hebben de vrijstellingen bij schenking voor het jaar 2023 hieronder voor u op een rij gezet.
Verkrijger | Vrijgesteld bedrag (2023) |
---|---|
Kinderen | 6.035 |
Kinderen tussen 18 en 40 jaar (eenmalig, algemeen doel) | 28.947 |
Kinderen tussen 18 en 40 jaar (eenmalig, schenking aangewend voor dure studie) | 60.298 |
Eigen woning: alle ontvangers tussen 18 en 40 jaar (eenmalig of uitgesmeerd over maximaal drie aaneengesloten kalenderjaren, schenking aangewend voor aankoop eigen woning) | 28.947 (dit is dus veel lager dan in 2022) |
Kerkelijke, levensbeschouwelijke, charitatieve, culturele, wetenschappelijke of het algemeen nut beogende instellingen | Vrijgesteld van schenkbelasting |
Andere verkrijgers | 2.418 |
Belangrijkste heffingskortingen 2023
Een heffingskorting is een bedrag dat in mindering wordt gebracht op de te betalen belasting.
Hieronder vindt u een overzicht van de belangrijkste heffingskortingen in het jaar 2023:
Verkrijger | Bedrag | Perc | Toelichting |
---|---|---|---|
Algemene heffingskorting (tot AOW- leeftijd) | 3.070 (maximaal) | Geldt voor iedere belastingplichtige die de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt. De algemene heffingskorting wordt lager naarmate het inkomen hoger is dan € 22.660: boven dit bedrag wordt de algemene heffingskorting afgebouwd. Bij een inkomen vanaf € 73.031 is de algemene heffingskorting dan € 0. | |
Algemene heffingskorting (vanaf AOW- leeftijd) | 1.583 (maximaal) | Geldt voor iedere belastingplichtige die de AOW gerechtigde leeftijd bereikt heeft. De algemene heffingskorting wordt lager naarmate het inkomen hoger is. | |
Arbeidskorting | 5.052 (maximaal) | Bij een inkomen hoger dan 37.691 wordt de arbeidskorting met 6,51% van het meerdere inkomen verlaagd. | |
Combinatiekorting (inkomensafhankelijk) | 2.694 (maximaal) | ||
Ouderenkorting | 1.835 | Geldt voor belastingplichtigen die de AOW gerechtigde leeftijd bereikt. Bedrag is afhankelijk van verzamelinkomen. Bij verzamelinkomen vanaf € 40.888 wordt de korting afgebouwd. | |
Alleenstaande ouderenkorting | 478 | Geldt voor iedere belastingplichtige die recht heeft op een AOW-uitkering voor alleenstaanden. | |
Jonggehandicaptenkorting | 820 | Geldt voor mensen die een Wajonguitkering ontvangen en die niet in aanmerking komen voor een ouderenkorting. | |
Groene beleggingen | onbekend | 0,70% | De heffingskorting voor groene beleggingen wordt berekend over maximaal de vrijstelling voor groene beleggingen in box 3 (sparen en beleggen). De heffingskorting is 0,7% van het saldo van de groene beleggingen, met een maximum van de vrijstelling in box 3. |
- Belastingtarieven 2006
- Belastingtarieven 2007
- Belastingtarieven 2008
- Belastingtarieven 2009
- Belastingtarieven 2010
- Belastingtarieven 2011
- Belastingtarieven 2012
- Belastingtarieven 2013
- Belastingtarieven 2014
- Belastingtarieven 2015
- Belastingtarieven 2016
- Belastingtarieven 2017
- Belastingtarieven 2018
- Belastingtarieven 2019
- Belastingtarieven 2020
- Belastingtarieven 2021
- Belastingtarieven 2022
- Belastingtarieven 2023