Prijseffecten van brandstof, voeding en energie
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft bekendgemaakt dat de inflatie in de maand juni 2023 uitgekomen is op 5,7%. Dit is gelijk aan de snelle raming van begin deze maand en iets lager dan de prijsstijging in mei.
Prijsstijging in juni 2023: 5,7%
De consumentenprijzen voor goederen en diensten lagen in de afgelopen maand 5,7% hoger dan in juni 2022. Dat is een lichte verlaging ten opzichte van de inflatie in de maand mei, toen deze uitkwam op 6,1%.
Het CBS bepaalt twee inflatiecijfers: één met en één zonder de prijseffecten van energie en motorbrandstoffen. Die laatste lag de afgelopen maanden hoger: 7,2% in juni, 7,9% in mei.
Brandstofprijzen
De prijzen van brandstof lagen in mei (18,3%) en juni (23,2%) van dit jaar fors lager dan in dezelfde maand van 2022. Daarmee zorgden de brandstofprijzen voor een lagere inflatie.
Voedingsmiddelen
Voedingsmiddelen waren in juni 13,1% duurder dan in juni 2022. Toch gaf dat een daling van de inflatie ten opzichte van de maand mei, aangezien de prijsstijging van voeding toen op jaarbasis 15,2% was.
Energieprijzen
De energieprijzen hadden een verhogend effect op de inflatie. De tarieven lagen in juni wel 19,1% lager dan een jaar eerder – maar in mei was dat nog 24,9%.
Nieuwe methode energieprijzen
Voor het meten van de energieprijzen gebruikt het CBS vanaf juni 2023 een nieuwe methode. Voorheen werden alleen de prijzen van nieuwe contracten meegenomen, nu wordt berekend welke prijzen huishoudens werkelijk betalen voor gas en stroom. Dat zorgt voor een ‘methodebreuk’ in het inflatiecijfer van juni.
